donderdag 21 mei 2015

De olifant in de kamer



We zijn op wandelsafari in Botswana. Vanmorgen vertrokken mijn man John, onze dochter Kathy en haar vriend Stephan, ik en twee geheel onbewapende ranchers in een aluminium bootje met daarop vastgeschroefde rode kunststof stoeltjes. We varen met zonsopgang weg van onze lodge. De rancher vertelt dat onder ons bootje nijlpaarden lopen en krokodillen zwemmen. Na 45 minuten komen we bij het schiereiland aan.

We gaan van boord en volgen het spoor gemaakt door dieren zoals buffels, olifanten, waterbokken, giraffen, zebra’s, leeuwen, cheeta’s en jaguars. We lopen tussen manshoog gras. De ranchers benadrukken stil te zijn en in één lijn achter elkaar te lopen. Zo lijken we een rechtop lopend dier in agressieve staat. Ik denk: hoe weten jullie nu wat een hongerige leeuw denkt?
We horen en zien een olifant, bavianen, impala’s, koedoes en antilopen.  We zien ook veel vogels zoals de hamerkop, bijeneter, gieren, de zuidelijke hoornraaf en de zwartbuik glansspreeuw.  De voorste rancher ontdekt een vers buffelspoor. Dat betekent ellende, zegt hij. Een solitaire buffel is vele malen gevaarlijker dan een hele kudde buffels. Deze is vaak verstoten door de groep omdat hij een boventallig mannetje is of te oud. En dat maakt hem bloedchagrijnig.

Na drie uur voortdurende dreiging ben ik vreselijk opgelucht het oranje vlaggetje van de boot weer te zien wapperen. Tegelijkertijd zien we op links een grote olifant. Een olifant ziet slecht, maar ruikt zeer goed, zegt de rancher. We lopen gelukkig tegen de wind in. We zijn super gefocust. Stel dat hij ons angstzweet ruikt. Hoe dichter we bij de boot komen, hoe dichter in de buurt van de olifant. Bijna bij de boot. Dan staat de rancher ineens stokstijf stil. Wij knallen tegen elkaar op. We krijgen het teken van “achteruit en STIL!” . Langzaam bewegen we ons achteruit en als we op veilige afstand zijn vertelt de rancher dat een zwarte Mamba ons pad kruiste. De zwarte Mamba is de giftigste slang van Afrika en in staat om in een beet zes mensen te vergiftigen. Nu moeten we een enorme boog naar links, precies waar de olifant staat, richting de boot.

Toen we eenmaal veilig maar met het zweet op het hoofd in de boot zitten,  dringt het tot me door: terwijl we proberen het letterlijk grote gevaar te ontwijken, worden we verrast door een klein, onverwacht en nog veel groter gevaar. Je moet dus je blik heel breed houden.